Skip to main content

,,De volgende bushalte is daar, achter die bestelwagen.” De oude man in het Connexxion jasje wijst naar voren. De vrouw stuurt de bus naar rechts. ,,Nee, nee! Op deze baan blijven!” Zijn gezicht heeft een vale gloed en zijn oogleden hangen, slap geworden huid dat het op heeft gegeven. Verveeld observeert hij de gezette vrouw met de bril achter het stuur. Haar pony plakt op haar voorhoofd.

Ik stel mij voor hoe de man in het jasje en zijn collega’s begin oktober steen, papier, schaar deden. Hoe hij daarna vloekte, een wolk zand omhoog schopte.

De bus stopt. Een vrouw met een kruk doet een poging om in te stappen. ,,Stopt u ook in het centrum van Haren?”, vraagt ze. ,,Nee, lijn 50 wel. Die komt een kwartier na ons”, zegt de meneer in het jasje.

,,O.” Zonder nog iets te zeggen worstelt de vrouw zich met haar krukken weer traag naar buiten. De man in het jasje slaat zijn handen voor zijn ogen. Een meisje met opgeschoren haar en een Chihuahua op schoot schudt haar hoofd. Het hondje heeft een jasje aan. Ik aarzel, ergens voel ik de drang wat te zeggen, het voor de hond of de kersverse buschauffeuse op te nemen, maar ik houd laf mijn mond.

De volgende halte is mijn halte. Verderop zie ik hem al staan. De accountant drukt zijn afzakkende bril met een vinger omhoog. Een vertrouwd gebaar, dat zijn oorsprong vindt in aanhoudend ongemak.
,,Poosje niet gezien”, zeg ik voorzichtig. ,,Nee, nee, sorry. Ik was bezig met een groot project. Ahum. Hij hoest.”
,,Hoe is het met je volkstuintje?” ,,Goed, goed.” Hij zwijgt even. ,,Maar dat is niet de reden dat ik je gevraagd heb om te komen. Ik wil……een advertentie opstellen.”

,,Een advertentie?”
,,Ja. Je weet wel. Een advertentie. Voor, eh, een metgezel.”
Opnieuw drukt hij zijn bril op de brug van zijn neus omhoog.

In het tuintje gaan we op de bank zitten. Het is goed te doen. De zon doet haar best en hij zet thee, terwijl ik pen en papier uit mijn tas tevoorschijn tover. Na een tijdje komt hij met een dienblad waarop thee, koekjes, en suiker staan naar buiten. Ik verbaas mij over zijn gastvrijheid. Tegelijkertijd schaam ik mij voor mijn lage verwachtingen.
,,Wat moet er eigenlijk in staan?”

,,Dat wilde ik eh, aan jou over laten. Jij schrijft toch?”
,,Ja, maar het is jouw advertentie. Ik weet niet wat je in een vrouw zoekt.”
,,Man, mompelt hij. Man.”

Mijn wangen kleuren. ,,O god. Ik bedoel…..Ik wist het niet.”
Hij staart naar de punt van zijn schoenen.

Ik geef hem de pen.

Na een tijdje geeft hij het papier terug. ,,Gezonde, rustige man van 50 zoekt spontane man van 50+ om het onkruid in zijn volkstuintje mee te wieden.”

Ik denk even terug aan de buschauffeuse, haar eerste dag. ,,Je zoekt iemand om je dag mee te delen?”
Hij knikt. ,,Dat klinkt goed. Beter.”