Skip to main content

We hebben al de nodige wijntjes op. Het is vannacht precies vijf jaar geleden dat ze met haar fietsstuur in het fietsstuur van een ander terecht kwam en zodoende ongelukkig ten val kwam. ,,Als je me vraagt wat ik me ervan herinner, zie ik alleen nog het ziekenhuisplafond voor me die volgende morgen. Ik heb er nog steeds nachtmerries van.’’ Ze heeft twee littekens op haar hoofd, van de pinnen die erin geschroefd moesten worden. Een simpele val. Een gebroken nek. Maanden van herstel. Het doet me denken aan die keer dat een kennis van me werd gebeld toen we in de kroeg zaten. Ik zal het nooit vergeten. Het had die dag gesneeuwd. Zijn moeder was met de fiets ten val gekomen nadat ze boodschappen op de markt had gedaan. Het was een stom ongeluk geweest. Het eerste knapten de plastic tassen aan haar stuur. Overal sinaasappels en aardbeien. Daarna was er haar hoofd op de stoeprand. Ze werd niet meer wakker.

Het leven hangt aan elkaar van geluk en ongeluk. Op 1 november, gisteren, is het precies tien jaar geleden dat ik met 70 kilometer per uur op een boom knalde. Hoewel de auto total loss werd verklaard, bleef ik op heel wat kneuzingen en een hersenschudding na, ongedeerd. Fysiek hoefde er geen revalidatie plaats te vinden, maar intern was er iets geknapt. De bedrading in mijn hoofd was rigoureus door elkaar geschud. En ik, ik was gered van mijzelf. Van het eindeloze doorgaan. Van nachten zonder slaap, dagen vol haast en zonder betekenis.

Nu ging het al een tijdje niet zo goed met me. Hoewel iedereen het aan me leek te zien, was ik zelf verblind door werk en studie. Ik had een vaste baan als woonbegeleider, werkte parttime in de horeca, had een relatie en deed er nog een cursus sociale hygiëne naast. Ik woonde op mijzelf, in een huurflatje. Alles liep op rolletjes. Dacht ik. Tot ik dus tegen die boom aan knalde. De boom bewoog niet mee, maar mijn auto had zich om de boom heen gevouwen.

Ik bleek na een aantal weken toch fikse rugproblemen opgelopen te hebben door de klap. Ik kon niet meer werken en kwam terecht in de ziektewet, wat uiteindelijk als gevolg had dat ik mijn werk verloor. Tegelijkertijd ging mijn relatie uit, kon ik de huur niet meer betalen van mijn appartement en ging ik steeds heviger drinken. Ik verloor alle vorm van zelfcontrole. Na een tijdje vond mijn omgeving het genoeg. Na een aantal stevige gesprekken, koos ik ervoor in groepstherapie te gaan. Tot die tijd had ik gedacht dat ik alleen was. Maar daar ontmoette ik mensen net als ik, mensen die toen nog moesten leren om te luisteren naar hun natuurlijke rem.

Ik ben er nog wel eens langs gereden, langs de plek waar het ongeluk gebeurde. Ik heb er nooit durven stilstaan en uitstappen. Maar die boom? Die staat er nog: steviger en levendiger dan ooit, net als ik.